Tweede voorstelling (Veenendaal) gisteren met een nabespreking met publiek en acteurs. Moeilijk te beschrijven, alles van de laatste dagen laat zich moeilijk in woorden vatten, de overvolle dagen geven ook nauwelijks enig reflectie moment. En alleen maar opgewonden schrijven hoe goed alles gaat, of en toen gebeurde er dit en toen dat lijkt mij nu niet de juiste toon. De geheime processen die zich nu tussen de spelers beginnen af te spelen, de bronnen van de opborrelende chemie zijn nauwelijks te traceren. Uitleggen waar de ingeving vandaan kwam de hele voorstelling eens flink te laten kantelen is niet doenlijk, misschien later.
Objectief is waar te nemen dat de voorstelling zijn vaste ritme heeft gevonden, dat de inzetten muzikaler zijn geworden, dat de stemmen op elkaar zijn afgestemd, dat de russische liefdes, verliefdheden, verloren liefdes, onvindbare liefdes, onbereikbare liefdes, verdwaalde liefdes, onbeantwoorde liefdes, alle veertien figuren zitten er in verward, ook de oude Ferapont die op het einde met het kindje van Andrej overblijft en zijn grote liefde Anfissa weer ontmoet, zo mooi. Nou vergaloppeer ik me toch, niets is mooi, het is alleen goed wanneer het erg is, wanneer het pijn doet. En deze drie zussen doen pijn, dat vonden de Veenendalers tot hun grote verbazing ook. Ze hadden gehoopt op een lekkere wegzakavond bij een russische avant-soap, maar kwamen bedrogen uit: Jullie laten ons zo meedoen dat ik me te dom voel, ik kan niet antwoorden, ik kan jullie niet helpen, en ik voel dat jullie er wel om vragen. Mooie woorden bij een Van den Ende voorstelling, er worden belangrijke inhoudelijke stappen gezet in een bedrijf dat sterren ontdekt en exploiteert, de sterren bij de musical, maar toneel is de hemel.
13 sep 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten